Fem Kookt: Go Peppernuts!

Fem Kookt: Go Peppernuts!

Dus, Sinterklaas is aangekomen en het verliep allemaal rustig? Wat een deceptie. Had ik net de mensen hier helemaal lekker gemaakt met “blokkeerfriezen” en dergelijke, zette ik twee zaterdagen geleden mijn favoriete Ier voor de (computer)buis om hem kennis te laten maken met dit onderdeel van mijn vreemde cultuur, zul je net zien dat het “goed” gaat. Geen bemijterde hersenen die in de rondte spatten, slechts wat gooi- en smijtwerk buiten beeld. Favoriete Ier kon het alsnog wel waarderen:
“Waarom zijn er overal molens?”
“Jezus, ik had niet gedacht dat chocoladeletters ZO groot waren!”
“Hoe komt hij in hemelsnaam uit Madrid gevaren?”
“Wacht, hoe zit het dan met Santa Claus?” [het begin van een lange discussie over dat wij hem “Christmas Man” noemen en zeggen dat hij familie is van de goede Sint, etc.]
Om het Engels van de Hoofdpiet werd gelachen, net zoals om het Nederlands van alle anderen trouwens (“zo’n rare…eh, leuke taal!”), en daarna was de nieuwigheid er wel weer vanaf. Ook mijn zangkunsten werden niet zo gewaardeerd *. Tot zover de cultuurclash.

Waar ik mensen hier – en Favoriete Ier zeker – altijd het beste mee kan paaien als het om Sinterklaas gaat, zeker nadat ik ze eerst een hartaanval heb bezorgd door ze naar een plaatje van een traditionele Black Pete te laten kijken, zijn die goede oude, zoete, strooibare lekkernijen. Kruidnootjes, inderdaad (echte pepernoten gaan er vermoedelijk minder goed in, dat is een acquired taste). Mijn ouders hadden me begin oktober al twee zakken heerlijks gegeven toen ze hier op visite waren – als expat kun je alleen maar blij zijn met hoe vroeg de nootjes in de winkel liggen – maar die waren natuurlijk binnen de kortste keren al leeg. Ik heb lang genoeg gewacht voor ik ze openmaakte, dat dan weer wel, maar “lang wachten” komt in mijn beleveniswereld neer op een stuk of drie weken. Een eeuwigheid! Enfin, ze waren op voordat het Sinterklaasjournaal überhaupt begonnen was, en ik moest een oplossing verzinnen.

De oplossing was simpel genoeg: ik heb handen, een oven, en afgelopen augustus was ik slim genoeg om speculaaskruiden mee te nemen uit Nederland. (Ja, soms ben ik verrassend georganiseerd, zeker als het om kruidnoten gaat.) Daarom blaas ik nu de rubriek “Fem Kookt” nieuw leven in, om jullie te vertellen hoe ik lekker heb lopen bakken, en jullie te inspireren hetzelfde te doen. N.B.: De rubriek bestaat verder uit een recept voor appeltaart en eentje voor hot whiskey, dus alle voedselgroepen zijn present. Zijn jullie er klaar voor?

[JA, FEMPIET!]

20181124_212936[1] Dit is Fempiet

Men neme (voor 10 personen, als die 10 personen allemaal verstandig zijn, naar hun tandarts luisteren en slechts 2 of 3 snoepjes per dag eten):
→ BOTERRRRRRR (ongezouten, bijna een heel blok, 200 gram) en MELKK (3 scheutjes, misschien zoiets als 6 eetlepels?). Sorry, als je geen zuivel mag of wil, moet je effe koekelen. Ik ben te lui om zelf veganistische/lactosevrije kruidnoten op te zoeken.
→ SPECULAASKRUIDEN, ongeveer 4 eetlepels maar meer kan ook. Doe wat je zelf wil, het leven is kort. Voor de mede-buitenlandwoners die dit wellicht lezen: ik googelde even snel en vond dat je zo’n mixje logischerwijs ook zelf kan maken. Het kost wel veel geld, want je moet al die fucking kruiden los kopen.
→ ZELFRIJZEND BAKMEEL, 500g. Leuk feitje: vroeger dacht ik dat het zelf-reizend bakmeel was en het zo genoemd werd omdat het uit zichzelf “bewoog” zodra je het bakte. Lekker ingewikkeld weer, Fem.
→ BRUINE BASTERDSUIKER (“Bruine Basterd” klinkt als iets uit Game of Thrones of als iets wat je onder je schoen vindt, maar enfin), 250 gram. Maar ik smeet er iets minder in, hoe raar is dat?
→ Snufje ZOUT.

“Fempiet, ik heb alle ingrediënten bijeengesprokkeld! Wat doe ik nu?”

Eerst gooi je de bloem in zo’n grote mengbak. Ze zeggen altijd dat je het moet zeven, maar dat snap ik nooit helemaal (ik ben geen bakfanaat, ik doe maar wat). Als het je leuk lijkt, mag je het doen.
Vervolgens maak je een kuiltje – wees creatief, ik doe bijvoorbeeld altijd alsof ik een bergmeertje of krater fabriceer. In die krater pleur en meng je achtereenvolgens de boter (in stukjes, anders is het zo lastig kneden straks), de melk, de speculaaskruiden en de basterdsuiker. Oh ja, en het zout. Dat vergeet ik steeds, dat dat erin gaat, maar dat moeten jullie niet doen.

Zo ziet alles er dan uit, erg appetijtelijk:

20181115_190439[1]

Ondertussen verwarm je de oven voor op 150 graden (op mijn oven staat geen goede meter, dus ik gok elke keer maar iets) en vet je lekker een bakplaat in. Ik zeg dit maar even, want het is mij zelf al vaak voorgekomen dat ik pas aan het einde aan de oven dacht, terwijl mijn bakseltjes al stonden te springen om heerlijk de warmte in te gaan. Geen ramp, maar het is toch irritant, zowel voor jou als die arme klompjes deeg.

Nu kan je het leukste van het leukste gaan doen, namelijk: KNEDEN! Kneed, kneed, kneed, tot je een grote, bruine, kleverige bol overhoudt (sorry):

20181115_191656[1]

“Mag ik er van snoepen, Fempiet?”
Duh! Deegsnoepen is 50% van de reden dat ik überhaupt bak.

Daarna verdeel je die bol in kleinere bolletjes, die je op de bakplaat legt. Let op: ik had de eerste keer niet door dat deze onaffe kruidnoten nogal de neiging hebben om groter te worden in de oven (het is wel duidelijk hoe weinig ik bak), dus maak ze iets kleiner dan je ze uiteindelijk wil. Ik wil er wel bij zeggen dat het me niet uitmaakt of je van kleine of grote noten houdt, iedereen heeft een andere smaak en I don’t judge. (Sorry deel 2…)

20181115_192851[1].jpg

20 minuutjes in de oven, en als het goed is heb je dan dit:

20181115_200913[1]

Herhaal zo vaak het nodig is om alle deeg op te maken. Hou eventueel wat over om van te snoepen, of koekiedo-ijs van te maken, of ter decoratie te gebruiken op de muur, of mee te jongleren, of…(sorry, sorry, ik ga weer te ver.)

Hoera! Nu kunnen we VRETEUHH! (Waarmee ik bedoel dat je de hele bak leeg kan schransen en weer van voren af aan kunt beginnen). PRO-TIP: Voor extra plezier kun je alles in de rondte strooien en dan van de grond afhappen. Iedereen maakt mij altijd belachelijk als ik van de grond eet, maar met Sinterklaas is het ineens bon ton. Ja hoor. Kunnen we het dáár eens over hebben?

Een hele fijne Sinterklaasavond gewenst, allemaal! Ik ben zelf niet in Nederland, maar zal aan jullie denken. Ook zal ik mijn huisgenootje dwingen haar schoen te zetten en een Nederlands liedje te zingen, want ik leg graag mijn cultuur op aan anderen. 😉 Tot volgende keer, hopelijk vóór ik naar New York ga half december.

* wie heeft er trouwens aan die teksten zitten sleutelen? Dat “knecht” uit Zie ginds is de stoomboot is gehaald, okee, maar de roe? De roe moet forever in het geheugen van kinderen worden geprent. De ettertjes. In het verlengde daarvan, ik ben van het kamp “pas Piet gewoon aan… en maak hem een (wat voor kleur dan ook) duiveltje waar iedereen van in zijn broek schijt”. Kinderen zijn niet vaak genoeg bang meer, tegenwoordig.

NB. Sorry voor de fotokwaliteit. Ik heb mijn telefoon erg vaak laten vallen en de camera heeft een flinke klap meegekregen. Daarnaast heeft WordPress de editor veranderd en heb ik geen idee hoe ik de afmetingen van foto’s kan veranderen. Ja, het leven is zwaar.